Kandidaten van wie het autopraktijkexamen wordt afgebroken vanwege gevaarlijk rijgedrag, kunnen pas na zes weken herexamen doen bij het CBR. Deze maatregel gaat maandag 29 oktober in. Dat meldt het CBR maandagochtend. In de eerste negen maanden van 2018 zijn 1.679 autopraktijkexamens afgebroken. 

Voor de andere kandidaten blijft de verplichte wachttijd voor het herexamen twee weken. De wachttijd van zes weken is volgens het CBR nodig om de rijvaardigheid op peil te brengen. “Het CBR benadrukt al langere tijd het belang van een goede rijopleiding”, meldt de organisatie. “Die legt namelijk de basis voor een veilig verkeer op de weg. Helaas zien we dagelijks examenkandidaten die tijdens hun opleiding niet goed zijn voorbereid op het praktijkexamen voor de auto.”

Examinatoren hebben in de eerste negen maanden van 2018 in totaal 1.679 autopraktijkexamens afgebroken. Volgens het CBR vormden deze kandidaten een direct gevaar voor zichzelf, de meerijdende instructeur, de examinator en het overige verkeer.

Examencapaciteit

Overigens blijkt het in de praktijk toch vaak onmogelijk om na twee weken al herexamen te doen vanwege de beperkte examencapaciteit bij het CBR. Momenteel ligt de gemiddelde wachttijd voor het herexamen op 3 weken; met uitschieters naar 5 weken in de Randstad. De nieuwe maatregel moet dan ook helpen voorkomen dat de beschikbare examencapaciteit onnodig wordt gebruikt door kandidaten die nog niet klaar zijn voor het examen.

Daarnaast is de nieuwe maatregel bedoeld als ‘steun in de rug voor rijopleiders’, als kandidaten of ouders druk uitoefenen om maar zo snel mogelijk op examen te kunnen gaan.  “Het gemiddelde slagingspercentage voor het autorijexamen is in de afgelopen jaren weliswaar iets gestegen, maar ligt met 50 procent toch laag. Door een goede voorbereiding op het examen kan dit percentage hoger worden”, aldus het CBR.

Verdienmodel

CBR-directeur Petra Delsing liet eerder al weten vanaf dit najaar strenger op te gaan treden bij slecht voorbereide kandidaten. Daarbij noemde ze ook het probleem van een ‘onwenselijk verdienmodel’ van sommige rijscholen: door kandidaten veel te vroeg en dus kansloos op examen te laten komen bij het CBR verdient de rijschool door een eigen opslag op het tarief van het CBR te rekenen. Het CBR stelt samen met de brancheorganisaties maatregelen op om om dit gedrag tegen te gaan.